Wat is het?

Osteoporose is de medische naam voor poreus bot (os = bot). De botstructuur is dan dusdanig beschadigd dat de kans op botbreuken hoog is. In een eerder stadium is sprake van osteopenie. Het uit zich in zwakkere botmassa en in veranderde botstructuur.

Velen weten niet dat botweefsel heel dynamisch en actief weefsel is. Dagelijks is er een wisselwerking van calcium van 500 mg in opslag of afbraak en wekelijks recyclen we ca. 6% van onze botmassa. Sponsachtig botweefsel wordt elke 3 jaar totaal vervangen en compact botweefsel wordt elke 10 jaar totaal vervangen.

Het evenwicht tussen botopbouw (osteoblasten) en botafbraak (osteoclasten), ook wel bothomeostase genoemd, wordt bereikt door voldoende inname van vitamine C, vitamine D, vitamine A, calcium, fosfor, magnesium en mangaan als ook voldoende inname van eiwitten. Dit dienen dan wel eiwitten te zijn die het individu goed kan verteren. Behalve juiste voeding zijn ook beweging en zonlicht van wezenlijk belang voor gezonde sterke botten. 

Door beweging ontstaat een trekkende beweging aan de spieren van de botten en in combinatie met de zwaartekracht zorgt dit voor activatie van de osteoblasten. Zonlicht activeert hormonen in je huid waardoor het lichaam in staat is vitamine D om te zetten.

Calcium speelt een grote rol in botremodellering, maar is ook nodig voor een heel scala aan fysiologische reacties in het lichaam: prikkelgeleiding, spiercontracties, bloedstolling, secretie door klieren en zenuwcellen en celdeling. Een volwassen lichaam bevat ca. 1200 – 1400 g calcium, waarvan meer dan 99% opgeslagen is in het skelet. Ca. 1,5 gram calcium bevindt zich in bloed en de calciumconcentratie ligt tussen 9 en 11 mg/dl bloed.

Een juiste balans tussen botopbouw en botafbraak gebeurt middels het proces van botremodellering, welke onder controle staat van 2 systemen:

  • hormonaal systeem dat verantwoordelijk is voor het constant houden van de calciumconcentratie in het bloed;
  • mechanische krachten en zwaartekracht die inwerken op het skelet. Rek en compressie wekken elektrische signalen op die de osteoblasten stimuleren.


Aan de basis van het hormonaal systeem ligt de activiteit van 2 hormonen: het Parathormoon (PTH), een hormoon dat door de bijschildklieren wordt geproduceerd en calcitonine dat door de parafolliculaire cellen van de schildklier wordt geproduceerd. Een goed werkende schildklier en bijschildklieren zijn dan ook van wezenlijk belang voor de calciumhuishouding.

PTH wordt uitgescheiden wanneer de calciumconcentratie van het bloed daalt en stimuleert botresorptie door de osteoclasten waardoor dus botstructuur kan worden afgebroken indien nodig. Wanneer de calciumconcentratie in het bloed teveel stijgt wordt calcitonine uitgescheiden, waardoor botresorptie wordt geremd en de osteoblasten worden gestimuleerd waardoor het overtollige calcium in de botten wordt opgenomen.

Behalve de hormonen PTH en calcitonine, lijkt er ook een rol weggelegd te zijn voor leptine, een hormoon dat het “hongergevoel” en de energiebalans in combinatie met ghreline, regelt.

Gezond botweefsel heeft een dichte matrixstructuur. Wanneer er sprake is van osteopenie of osteoporose vallen er in mindere of meerdere mate “gaten” in de matrix. De verschillende stadia van degradatie van de botmatrix worden weergegeven in de afbeelding hiernaast. 


Hoe de diagnose osteoporose wordt gesteld

Er zijn 4 stappen om osteoporose vast te stellen:

  • Meten van botdichtheid, DEXA-scan;
  • VFA, controle op wervelfracturen;
  • Laboratoriumonderzoeken;
  • Valrisico analyse.
  • DEXA-scan, ofwel botdichtheidsmeting, is mogelijk in vrijwel elk ziekenhuis en in sommige diagnosecentra. Hierbij wordt de hoeveelheid mineralen in het bot van de heup en wervels gemeten met een soort röntgenapparaat, maar dan met lage straling. Het onderzoek duurt ca. 10 minuten.


De botdichtheid wordt uitgedrukt in de T-score. Hoe lager de botdichtheid hoe groter de kans op een botbreuk:

T-score tussen de +1 en -1: er is geen probleem.

 T-score tussen de -1 en -2,5: osteopenie (verminderde botmassa)

 T-score -2,5 of lager: osteoporose

  • VFA, controle op wervelfracturen

Een moderne DEXA scanner kan meestal ook een VFA opname maken. Dat is een (laag vermogen) röntgenopname van alle ruggenwervels. Zo kan men vaststellen of er schade is aan een of meerdere wervels. Als er al een recente röntgenfoto van de hele ruggengraat beschikbaar is kan dit eventueel worden gebruikt. Maar er is een grote voorkeur voor een VFA opname met de DEXA scanner omdat deze een veel lagere stralingsbelasting geeft.

  • Laboratoriumonderzoeken

De arts zal ook een aantal bloedonderzoeken aanvragen zoals bijvoorbeeld vitamine D, calcium, TSH, FT4, parathormoon, albumine, creatinine, BSEm, alkalische fosfatase. Daarmee zoekt men naar eventuele onderliggende oorzaken voor osteoporose. Dat is niet alleen om vitamine D en calcium vast te stellen, maar met de set bloedtesten zijn andere veel voorkomende oorzaken op te sporen, die mede oorzaak kunnen zijn van de lage botmassa.

  • Valrisico analyse

De combinatie van lichamelijk onderzoek, laboratoriumonderzoek en een serie persoonlijke vragen komt bij elkaar in een valrisico analyse. Met een korte vragenlijst zal de arts of verpleegkundige je persoonlijke valrisico in kaart brengen. Aandachtspunten zijn:

Erfelijkheid, je genetisch profiel

De belangrijkste risicofactor is toch wel erfelijk bepaald. Die heb je van ouders en grootouders meegekregen en daar kun je dus weinig zelf aan doen. Let op. Dat werkt dus ook door in je familie. Heb je zelf osteoporose dan hebben ook je kinderen/kleinkinderen een verhoogd risico;

Laag gewicht

Deels erfelijk bepaald, maar ook door je leefstijl (zie hieronder). Een lage BMI ( Body Mass Index) is een belangrijke risicofactor, maar daarnaast ook een signaal voor mogelijk andere onderliggende aandoeningen;

Leefstijl

Je botten vormen zich actief gedurende je jeugd en de rest van je leven onder invloed van beweging en voeding. Weinig beweging en weinig gevarieerde/ongezonde voeding zullen er dus voor zorgen dat je botten zwakker zijn/worden. Activiteiten uit het Dagelijks Leven (ADL) in werk en privé spelen ook een grote rol;

Andere ziektes

Er is een lange lijst aan ziektes die als bijwerking hebben dat ze extra botverlies kunnen veroorzaken zoals gewrichtsziekten (reuma), maar ook die het valrisico verhogen zoals evenwichtsstoornissen, verminderd zicht, CVA, etc.;

Medicatie

Van sommige medicatie voor geheel andere aandoeningen weten we dat er ook extra botverlies of valrisico door kan ontstaan zoals psychofarmaca. Ook een extra risico, dat deels voorzien kan worden;

Leeftijd

Het is een natuurlijk proces dat je botten na je 35e steeds iets zullen verzwakken. Daardoor is ook leeftijd een risicofactor van belang. Dit sluit niet uit dat je op jonge(re) leeftijd ook al osteoporose kunt hebben!;

Een eerdere botbreuk

Het risico op een volgende breuk verdubbelt na een eerdere breuk, vooral boven je 50ste.

Vandaar dat dit ook het startpunt hoort te zijn voor nader onderzoek ( DEXA etc..);

Wervelbreuk/wervelinzakking

Ook dat is een botbreuk en dus een verhoogd risico op een volgende breuk. Wervelbreuken blijven dikwijls onopgemerkt omdat er niet altijd pijnklachten optreden. Maar dan wel lengteverlies van ongeveer 4cm of meer!

In het algemeen is vitamine D-deficiëntie (door ziekte, voeding, huidskleur en/of leefstijl) aanleiding voor nadere behandeling. Mogelijk is ook nader beeldvormend onderzoek nodig om de status van het skelet in kaart te brengen. 


Reguliere behandeling van osteoporose en osteopenie

  • Inzetten van bisfosfonaten gedurende maximaal 5 jaren. Dit zijn medicijnen die de botafbraak remmen. Dit middel kan wel een fors aantal bijwerkingen geven zoals misselijkheid, diarree, buikklachten, bot- en spierpijn;
  • Inzetten van calcium met vitamine D. Vitamine D zorgt ervoor dat calcium beter wordt opgenomen vanuit het maag-darm stelsel in de botten;
  • Meer beweging met nadruk op rustige, gelijkmatige belasting (indien mogelijk);
  • Aanpassing dieet met calciumrijke voeding (indien nodig);
  • Aanpassing leefstijl zoals stoppen met roken en beperking alcohol (indien nodig);
  • Valrisico beperken waarbij de thuis- en werksituatie aan de orde komt;
  • Matige blootstelling aan zonlicht;
  • Eventuele pijnbestrijding;
  • Psychische ondersteuning (o.a. seksualiteit) omtrent osteoporose.

Behandeling van osteoporose en osteopenie door BeterKliniek

  • Reguliere behandeling in grote lijnen volgen;
  • Meer nadruk op individuele voedingsstatus. Vele mensen verdragen bepaalde eiwitstructuren zoals aanwezig in zuivel, soja, gluten en spinazie niet goed. Het is raadzaam van tevoren de verteringsmogelijkheden en enzymstatus, nodig voor de vertering, van het individu te bekijken;
  • Aanvullen eventuele tekorten. Denk aan magnesium, vitamine D, calcium maar vooral ook aminozuren in de juiste verhoudingen; 
  • Onderzoek hormonen. Verbeteren van hormoonspiegels;
  • Inzetten van Pulsed Electromagnetic Field therapie (PEMF). Dit apparaat zendt elektromagnetische pulsen uit naar het lichaam in de vorm van een pulserend elektromagnetisch veld. Het metabolisme op celniveau verbetert sterk door versterking van de elektrische spanning, waardoor er detoxificatie optreedt en de wisselwerking met voedingsstoffen en afvalstoffen sterk toeneemt. Voor nadere uitleg over PEMF, klikt u HIER

Het is vooral het inzetten van PEMF wat het verschil zal maken! De ziektebeelden osteoporose en osteopenie zullen voor de lange(re) termijn aanzienlijk verbeteren, op een niet ingrijpende natuurlijke manier. 


Behandeling BeterKliniek

BeterKliniek is dé kliniek voor Integrale Geneeskunde die de brug slaat tussen reguliere en niet-reguliere geneeskunde.

An van Veen (arts) en Michael van Gils (therapeut) zoeken naar de oorzaak van een aandoening of ziekte. Daar start de behandeling anders is het zoals men wel vaker zegt ‘water naar de zee dragen’. Dit noemen we oorzaak geneeskunde. Soms is het ook wenselijk om (tegelijkertijd) de symptomen te behandelen. Dit noemen we symptoom geneeskunde.

Chronische aandoeningen hebben vaak hun oorzaak in de epi- genetica. U kunt bij BeterKliniek een gratis telefonisch informatief gesprek (telefoonnummer 040-7117337 tot 13.00 uur) in laten plannen om uw klachten te bespreken zodat wij u kunnen voorzien van verder advies.